In Thailand zijn de afgelopen week in totaal 463 mensen omgekomen als gevolg van verkeersongevallen, omdat de beruchte dodelijke wegen van het land tijdens de nieuwjaarsperiode opnieuw werden overspoeld met dronken chauffeurs.
Het verkeersveiligheidscentrum van het land zei dat het dodental voor wat de politie 'zeven gevaarlijke dagen' noemt met 40 was gestegen ten opzichte van de telling van vorig jaar van 423 en net onder het record van 478 dat in 2017 werd gezet.
Rijden onder invloed werd genoemd als oorzaak van 40% van de 3,791 gemelde aanrijdingen tussen 27 december en 2 januari. In die periode raakten 3,892 mensen gewond, vergeleken met 4,005 vorig jaar. Hoewel het dodental dit jaar hoger was, daalde het aantal aanrijdingen iets, van 3,841.
Te hard rijden was dit jaar de op één na meest gemelde oorzaak van aanrijdingen, goed voor 28%. Tachtig procent van de voertuigen die betrokken waren bij ongevallen waren motorfietsen.
Vorige maand meldde de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) dat het sterftecijfer bij verkeersongevallen in Thailand 32.7 op 100,000 bedroeg, het hoogste in Zuidoost-Azië. De organisatie heeft de Thaise autoriteiten de schuld gegeven van het niet effectief toepassen van verkeersveiligheidsregels, waardoor veel automobilisten dronken of zonder rijbewijs de weg op gingen.
Nadat het recordaantal doden van vorig jaar werd gemeld, zei Liviu Vedrasco van de WHO dat hoewel de Zeven Gevaarlijke Dagen veel aandacht kregen, slechte verkeersveiligheid het hele jaar door een probleem is in Thailand. "Wegen in Thailand zijn elke dag gevaarlijk, niet alleen zeven", zei hij.
Volgens de WHO is Libië het enige land met een hoger sterftecijfer bij verkeersongevallen. In 2015 meldde de organisatie een cijfer van 73.4 sterfgevallen op elke 100,000 mensen in het Afrikaanse land.
